De hemel afspeuren naar radio- en tv-uitzendingen van aliens lijkt toch niet zo’n handig idee. Twee Amerikaanse astronomen hebben een alternatief bedacht.
Bij het zoeken naar buitenaards leven is de eerste aanname vaak dat aliens zich ongeveer net zo gedragen als wij. Dus, zo was lange tijd de gedachte, zullen ze wel flink wat radiostraling uitzenden. Dat doen wij immers ook, in de vorm van alle journaals, soaps, quizprogramma’s enzovoort die we sinds de uitvinding van radio en tv onbedoeld het heelal in sturen. En met het oog daarop lijkt het handig om op zoek te gaan naar soortgelijke elektromagnetische straling, afkomstig van aliens.
Maar het is de vraag of dat plan wel zo slim is. Eerder dit jaar merkten de astronomen D.H. Forgan en R.C. Nichol namelijk op in het International Journal of Astrobiology dat de aarde door het gebruik van onder meer optische vezels inmiddels zo goed als radiostil is geworden. Geldt hetzelfde voor de gemiddelde buitenaardse beschaving, dan zal die dus ook al na relatief korte tijd stoppen met radiostraling in het rond te tetteren, om over te stappen naar minder makkelijk te detecteren manieren van communiceren.
Waar moeten we dan wel naar op zoek gaan? Op die vraag denken de Amerikaanse astronomen Avi Loeb en Edward Turner een antwoord te hebben bedacht: richt je op het stadslicht van buitenaardse steden. “Biologische wezens profiteren waarschijnlijk van het natuurlijke licht dat hun ster uitzendt”, stellen de twee in een nieuw artikel, te verschijnen in Astrobiology. “Het ligt dan voor de hand dat ze ’s nachts het object dat ze bewonen op kunstmatige wijze zullen verlichten, zo gauw ze de daarvoor benodigde technologie hebben ontwikkeld.”
Maar kunnen we dit soort verlichting dan zien op planeten die zich lichtjaren hier vandaan bevinden? Nog niet; daar hebben we toekomstige telescopen als de European Extremely Large Telescope en de James Webb Space Telescope voor nodig. Wat wél kan, is oefenen op een gebied dichter bij huis: de Kuipergordel. Dit ringvormige reservoir van relatief kleine objecten, waaronder de voormalige planeet Pluto, bevindt zich enkele tientallen keren zo ver van de zon als onze aarde en is volgens Loeb en Turner met de huidige technologie al te doorzoeken op buitenaardse steden. Daarbij zou zelfs te zien zijn hoe de aliens in kwestie hun beschaving verlichten. Gebruiken ze gloeilampachtige technieken of modernere lichtbronnen à la onze leds?
Het mooie is, zo stellen de twee sterrenkundigen, dat deze zoektocht kan plaatsvinden zonder dat daar een dure, nieuwe telescoop voor nodig is. De Large Synoptic Survey Telescope, die momenteel wordt gebouwd in Chili om de Kuipergordel te observeren, zal namelijk precies de data verzamelen die Loeb en Turner nodig hebben. Dat uit deze gegevens vervolgens een ‘Alienopolis’ opduikt, lijkt onwaarschijnlijk. Waarom zou een buitenaardse beschaving zijn intrek hebben genomen op een kleine ijsbal op grote afstand van onze zon? Maar goed, een beetje sciencefictionschrijver zal daar ongetwijfeld een mooie draai aan kunnen geven…
Bronnen: ArXiv.org (te verschijnen in Astrobiology), Harvard-Smithsonian Center for Astrophysics, International Journal of Astrobiology
Beeld: David A. Aguilar (CfA)