Het ‘monster van Loch Ness’ is op de bodem van het meer gevonden. Maar niet het exemplaar waar sommigen op hoopten.
Meer dan duizend mensen zeggen Nessie te hebben gezien in het Schotse meer Loch Ness. Maar verschillende zoekpogingen naar het monster leverden niets op. Onderzoekers keken dan ook vreemd op toen ze de contouren van Nessie op de bodem van het meer opmerkten.
Het bleek echter om een negen meter lange replica te gaan die in 1970 een rol moest spelen in de film The Private Life of Sherlock Holmes. Het model was aanvankelijk uitgerust met een lange nek met twee bochels eraan zodat het kon blijven drijven. Regisseur Billy Wilder vond die bochels niet mooi en besloot ze weg te halen. En ja hoor, de namaakversie van Nessie zonk en werd niet teruggevonden.
Voor de film is uiteindelijk geen grote replica meer gebruikt, maar een miniatuurversie. Ook zijn de bewuste scènes in een groot waterreservoir opgenomen en niet in het echte Loch Ness. Uiteindelijk zag dat er zo uit:
De onderzoekers van Kongsberg Maritime doorzoeken de bodem van het meer al een tijdje om de ecologie in kaart te brengen. Dit doen ze met behulp van Munin, een onderwaterrobot die is uitgerust met sonar en camera’s. En dit mechanische vriendje is uiteindelijk degene die de namaakversie in het vizier heeft gekregen.
Bron: Popular Science
Beeld: Kongsberg Maritime