Ben je geïnteresseerd in de wereld van wetenschap & technologie en wil je hier graag meer over lezen? Word dan lid van KIJK!
Op 28 januari 1986 explodeerde de spaceshuttle Challenger zo’n 73 seconden na lancering. Alle zeven astronauten kwamen hierbij om het leven.
De spaceshuttle Challenger vertrok op 28 januari 1986 met de missie om de bekende komeet Halley te bestuderen en een satelliet de ruimte in te brengen. Voor het eerst ging er ook een ‘gewone’ burger mee met een ruimtemissie. Docente Christa McAuliffe zou vanuit de kosmos lesgeven aan alle schoolkinderen in Amerika. In het hele land zaten kinderen aan de televisie gekluisterd toen de Challenger 73 seconden na de start explodeerde en McAuliffe samen met zes NASA astronauten om het leven kwam. Hoe kon dit gebeuren?
Lees ook:
Ontvlambare tank
De nacht voor de lancering werd het Kennedy Space Center in Florida verrast door een ijzige kou. En de ochtend daarop was het op de geplande lanceringstijd (09:38) nog steeds maar -3 graden Celsius. Twee rubberen O-ringen die moesten voorkomen dat gas ontsnapte uit de solid rocket booster waren door de kou verstijfd en konden de boel daardoor niet goed afdichten. Als gevolg stroomde er heet gas uit de booster.
De hete gassen lekten met een hoog tempo tegen de onderzijde van een externe brandstoftank die gevuld was met zowel vloeibaar waterstof als vloeibaar zuurstof – beide zeer licht ontvlambaar. Die tank bezweek vervolgens 73 seconden na de lancering en het geheel viel in losse onderdelen in de Atlantische Oceaan.
Er waren al zorgen
Meerdere ingenieurs trokken de avond voor de lancering al aan de bel om te melden dat ze zich zorgen maakten over de prestaties van de O-ringen in de kou. Ze waren namelijk nog nooit getest bij temperaturen lager dan 12 graden Celsius. Werknemers van Morton Thiokol, een Amerikaans bedrijf dat de solid rocket boosters produceerde, adviseerden daarom om de lancering uit te stellen. De managementteams van het bedrijf en NASA besloten later dat de lancering – met twee uur vertraging – gewoon door kon gaan.
Zorgen om de werking van de O-ringen waren niet nieuw. Al in de jaren zeventig lieten tests zien dat ze niet altijd naar behoren functioneerden. Maar zowel NASA als Morton Thiokol vonden de gevonden afwijkingen een acceptabel risico. In de jaren daarna is nog meerdere malen aangekaart dat de ringen opnieuw ontworpen moesten worden. Dat is er nooit van gekomen.
Dodelijke bedrijfscultuur
Onderzoek naar de oorzaak van deze fatale missie concludeerde dat de O-ringen niet het enige probleem waren, ook de bedrijfscultuur speelde een grote rol. Medewerkers van de NASA weten namelijk wel hoe ze de shuttle moet vliegen: met veiligheid op de eerste plaats. Maar het management wilde door een combinatie van arrogantie en prestige de lancering niet langer uitstellen.
Als in 2003 – 17 jaar later – een even dodelijk ongeluk gebeurt, dit keer met de spaceshuttle Columbia, komt uit een nieuw onderzoek helaas weer dezelfde conclusie.
Bronnen: NASA, Britannica, Space.com, KIJK 6/2011
Beeld: NASA