Jakob Fugger: de Trump van zijn tijd

KIJK-redactie

07 januari 2016 11:00

Schathemelrijk was de zestiende-eeuwse bankier Jakob Fugger. Als je zijn vermogen en dat van pak ‘em beet Bill Gates zou afmeten aan de economie van hun eigen tijd, wint Fugger met glans. En op zijn talent voor machtsspelletjes en vriendjespolitiek kan zelfs Donald Trump jaloers zijn.

Op een zomerochtend in 1524 verzamelden zo’n 1300 werklieden zich op het stadsplein van het Duitse Augsburg, gewapend met hooivorken, messen en zwaarden. Hun woede richtte zich op de man die in de riante villa aan het plein woonde. Deze Jakob Fugger, de machtigste en rijkste bankier van zijn tijd, had zijn connecties bij het stadsbestuur gebruikt om hun favoriete priester de laan uit te sturen, vanwege diens steun voor de revolutionaire standpunten van Maarten Luther. Fugger was katholiek en verdiende bovendien goed aan de handel in aflaten, waarmee mensen hun tijd in het vagevuur konden afkopen. Een opruiende priester kon hij daarbij slecht gebruiken.

Onder de directe aanleiding voor de volkswoede sluimerde echter een diepere onvrede. De arbeiders werkten zich een slag in de rondte voor een hongerloontje, terwijl Fugger half Europa in zijn achterzak had. Zij aten havermout en droegen lompen, terwijl hij zich tegoed deed aan fazant en in zich in bont hulde.

Fugger vluchtte te paard naar een naburig kasteel en liet intussen zijn advocaat de menigte toespreken om de boel te sussen. De priester zou worden geherinstalleerd, beloofde hij. Drie dagen later werden de aanstichters van de opstand opgepakt en onthoofd. De priester keerde nooit meer terug.

Het levensverhaal van renaissancebankier Jakob Fugger leest als een blauwdruk voor crony capitalism, ofwel economische vriendjespolitiek, waarbij zakenmensen en politici elkaar verrijken via lucratieve opdrachten en geschenken. Fugger beheerste dit spel als geen ander en groeide uit tot ‘de rijkste man die ooit heeft geleefd’, aldus de titel van zijn meest recente biografie. Aan het einde van zijn leven bezat Fugger een vermogen van ruim 2 miljoen florijnen, een kleine 2 procent van het toenmalige Europees bruto binnenlands product – een kapitaal waar John D. Rockefeller en Bill Gates niet aan kunnen tippen. Hoe werd Fugger zo rijk? En wat zijn de parallellen met de superrijken van vandaag?

Dit is het begin van een artikel in KIJK 2/2016. Deze editie ligt in de winkel vanaf 21 januari tot en met 16 september. 

Meer informatie:

Tekst: Hidde Tangerman