Ben je geïnteresseerd in de wereld van wetenschap & technologie en wil je hier graag meer over lezen? Word dan lid van KIJK!
Wetenschappers analyseren de resten van een jonge sabeltandkat die duizenden jaren lang in permafrost bewaard zijn gebleven.
Door het smelten van de permafrost in Siberië is een unieke vondst blootgelegd: de gemummificeerde resten van een jonge sabeltandkat, een roofdier dat bekend staat om zijn iconische, lange hoektanden. De Homotherium latidens-kitten is ruim 35.000 jaar oud, maar is door het ijs bijzonder goed bewaard gebleven.
Lees ook:
- Opwekken van organismen uit het permafrost: goudmijn of gevaar?
- ‘De bacteriën kunnen helpen om nieuwe antibiotica te ontwikkelen’
- Intact wolvenwelpje uit de IJstijd gevonden in Canada
Bevroren vondst
De jonge katachtige, die pas rond de drie weken oud was toen hij stierf, werd in 2020 gevonden in een gebied waar de permafrost langzaam ontdooit. Deze indrukwekkende roofdiersoort leefde tot ongeveer 10.000 jaar geleden, toen de laatste ijstijd ten einde liep en de veranderende klimaat- en voedselomstandigheden hem uiteindelijk fataal werden.
Homotherium latidens leefde op de koude toendra’s verspreid over Eurazië, onder andere op de plek van het huidige Nederland. In 1962 is een onderkaak van deze diersoort opgevist uit de Oosterschelde. Daarnaast blijkt uit vergelijkingen met Noord-Amerikaanse en Afrikaanse fossielen dat ookdaar Homotherium populaties leefden, die genetisch sterk aan elkaar verwant waren, ondanks de verschillende leefgebieden.
Met een relatief slanke bouw, lange ledematen en grote, ijsbestendige poten was Homotherium perfect aangepast aan een actieve leefstijl in een koude omgeving. De sabeltandkatten waren vermoedelijk groepsdieren, vergelijkbaar met moderne leeuwen, en specialiseerden zich in het jagen op grote prooien zoals mammoeten.
Bewijsstuk
De vondst van de sabeltandkitten leverde veel inzichten op over de diersoort. Hoewel wetenschappers eerder aanwijzingen vonden voor de aanwezigheid van H. latidens in Eurazië in andere tijdperken, is de ontdekking van deze kitten pas het tweede bewijs voor de aanwezigheid van de diersoort tijdens de laatste ijstijd in Eurazië, en zelfs de eerste keer dat er bewijs is gevonden voor H. latidens in Azië gedurende deze periode. In een recente studie, gepubliceerd in het vakblad Scientific Reports, onthullen wetenschappers hun bevindingen.
Koolstofdatering van de vacht stelde vast dat het jong ruim 35.000 jaar oud is. Hij stierf vermoedelijk in de winter, mogelijk door barre weersomstandigheden, wat zou kunnen verklaren waarom de kitten zo bijzonder goed bewaard is gebleven. Zo zijn de vacht, spieren, en inwendige organen van hier dier nog steeds vrijwel intact, wat zeer zeldzaam is.
Volgens de onderzoekers verschilt de sabeltandkitten aanzienlijk van de moderne leeuwenwelp. Hij heeft onder andere kleinere oren, een dikkere nek, en een donkerdere vacht, wat ze in hun onderzoek beschrijven als klassieke aanpassingen aan een koud klimaat. Daarnaast bevestigen CT-scans en anatomische analyses dat de nek en voorpoten van de diersoort ongewoon gespierd zijn. Ook een korte romp en relatief lange ledematen, kenmerkend voor volwassen dieren, waren al zichtbaar bij deze drie weken oude kitten. Vanwege zijn jonge leeftijd beschikte de kitten nog niet over de indrukwekkende lange hoektanden waar zijn soort bekend om stond.
Historische primeur
Wetenschappers hebben dankzij deze ontdekking een gedetailleerd beeld kunnen vormen van de vroege ontwikkelingen van Homotherium. Alhoewel eerder goed bewaarde weefsels zijn gevonden van uitgestorven zoogdieren, zoals van de mammoet, is de vondst in Rusland uniek. De sabeltandkat heeft in tegenstelling tot mammoeten namelijk geen directe moderne verwante diersoort. Het biedt dus niet alleen inzichten over de verspreiding van roofdieren tijdens de ijstijd, maar helpt de onderzoekers ook bij het in kaart brengen van de biologie en evolutie van de uitgestorven sabeltandkat.
Bronnen: Scientific Reports, Roaring Earth, IFLScience, Natuurtijdschriften.nl