Maak een account aan en switch eenvoudig tussen jouw favoriete magazines


Obesitas? Dan mag het misschien een pilletje meer zijn

Paul Serail

26 februari 2025 09:17

Pillen, meer medicijnen nodig bij obesitas?

Welke invloed heeft een hoog lichaamsgewicht op de werking van medicijnen? Een dosering op maat klinkt slim. Maar het kan ook te veel zijn. Wat nu?

Heb je een groot lijf, dan heb je een hogere dosis nodig van een geneesmiddel, is vaak de gedachte. Zo worden pijnbestrijders en antibiotica vaak toegediend per kilo lichaamsgewicht. Dat is niet altijd nodig, zegt Koen van Rhee. “En bij een te hoge dosis krijg je meer bijwerkingen.” De ziekenhuisapotheker bestudeerde de invloed van obesitas op de bloedwaarden van medicijnen. Op 19 februari promoveerde hij aan de Universiteit Leiden op zijn onderzoek. Moet je nou wel of niet een paracetamolletje extra nemen?

Lees ook:

Medicijn verdunt

Bij veel medicijnen draait het om de concentratie van het geneesmiddel in het bloed. In een groter lichaam zit meer bloed, dus is er meer nodig van het medicijn, zou je denken. Vooral aan het begin van een behandeling kan een hogere dosis nodig zijn, vertelt Van Rhee. “Later wordt de afbraaksnelheid belangrijk”, legt Van Rhee uit. Die kan voor sommige middelen twee keer zo snel zijn bij patiënten die 200 kilo wegen, in vergelijking met een referentiepatiënt van zeventig kilo. Maar dat hoeft niet altijd zo te zijn.

Specifiek deed Van Rhee onderzoek naar een antibioticum en een antischimmelmiddel. En hij bekeek eerdere studies naar de invloed van obesitas op de opname en afbraak van medicijnen. “Bij infectieziekten wil je direct de juiste dosering hebben”, zo verklaart Van Rhee zijn keuze. Bij een hoge bloeddruk kun je na een week kijken of de dosis goed is, een gevaarlijke infectie geeft meer haast. 

De proefpersonen uit het onderzoek hadden de middelen niet nodig. Ze deden mee om de medische wetenschap te helpen. De apotheker vroeg aan mensen die naar het ziekenhuis kwamen voor een maagverkleining of ze mee wilden doen. “Ze zijn relatief gezond”, zegt Van Rhee, “want anders zouden ze geen operatie krijgen. En ze hebben al een infuus.” De patiënten kregen ’s ochtends een van de middelen toegediend. Gedurende de dag kon de onderzoeker de bloedwaarden volgen. 

Middel wil geen vet

De resultaten zijn, zoals het gaat, niet eenduidig. Bij een gelijke dosering van het antibioticum zag Van Rhee bij personen van 70 en van 200 kilo een vergelijkbare concentratie in het bloed. “Het middel verspreidt zich goed naar de verschillende weefsels”, legt hij uit. “Maar kennelijk gaat het niet zo goed naar vetweefsel.” Het onderzochte antischimmelmiddel komt uit een familie van medicijnen die nogal op elkaar lijken. Je zou verwachten dat de opname en de afbraak ook ongeveer hetzelfde verloopt. Maar nee. “Daar zie je dat de invloed van het gewicht op de afbraaksnelheid toch erg kan verschillen per geneesmiddel.”

Het laat zien dat het niet slim is om op eigen houtje een pilletje extra te nemen wanneer je een onsje meer weegt. “Het staat ook in de bijsluiter: ‘Overleg met uw arts of apotheker’”, voegt Van Rhee toe. “Van artsen krijgen we ook zulke vragen: Mijn patiënt weegt 160 kilo, moet ik iets doen aan de dosering?”

De aanpak verschilt per middel. Mogelijk zelfs per patiënt. “We zien bij mensen met obesitas dat de lever soms anders werkt, bijvoorbeeld door leververvetting.” Dat heeft invloed op de afbraak van medicijnen. “En het kan zijn dat de nierfunctie verslechterd is.” Aan de andere kant pompt het hart over het algemeen harder en de maag werkt sneller, wat juist voor snellere opname zorgt.

Test zes mensen

De invloed van het lichaamsgewicht op de afbraak van medicijnen is moeilijk te voorspellen, zegt Van Rhee. “Bij een derde van de medicijnen zien we geen invloed, bij een derde is de invloed matig en bij een derde is er een sterke invloed.” Het zou in ieder geval handig zijn wanneer medicijnen vaker getest worden op mensen met obesitas. Want zestien procent van de Nederlandse volwassenen heeft obesitas. Fabrikanten houden al rekening met ouderen en kinderen, en mensen met aandoeningen aan de lever of de nieren. “Wanneer je een middel onderzoekt op zes mensen van 140 kilo of meer, kom je al een heel eind”, tipt Van Rhee.

Bronnen: Universiteit Leiden, CBS

Beeld: Unsplash

KIJK 4-2025 cover

Ben je geïnteresseerd in de wereld van wetenschap & technologie en wil je hier graag meer over lezen? Word dan lid van KIJK! 

Meest gelezen

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Bestel nu!