Waarom tapt de giftige schilderskikker met zijn pootjes? 

Roeliene Bos

31 mei 2024 12:00

schilderskikker

Het is een koddig gezicht, zo’n ‘tapdansende’ kikker. Maar waarom slaat de schilderskikker zijn achterste teentjes op en neer? 

De snelheid waarmee de giftige schilderskikker (Dendrobates tinctorius) zijn achterste teentjes beweegt, is ongekend. Tot maar liefst 500 keer per minuut slaat hij ze op en neer. Voor veel onderzoekers en huisdiereigenaren is het een opmerkelijk fenomeen. Dat de kikkers vooral tappen tijdens het jagen en eten, was al bekend. Maar wat is de functie ervan? Daar wilden onderzoekers van de University of Illinois Urbana-Champaign een antwoord op krijgen. Hun resultaten publiceerden ze in het vakblad Ethology.

Lees ook :

Drie experimenten met schilderskikkers

In de universiteit wonen 22 schilderskikkers in paartjes. Ze leven in een terrarium met verschillende ondergronden, van mos tot kokosschillen en levende planten. In het wild leven deze kikkers ook op verschillende soorten grond. De kikkers werden aan drie verschillende experimenten onderworpen, die gefilmd werden met een hogesnelheidscamera. 

In het eerste experiment plaatsten onderzoekers het favoriete kikkerhapje in het terrarium: fruitvliegjes. Ze filmden 12 kikkers die wél fruitvliegjes kregen en 10 niet-etende kikkers. Resultaat? De kikkers met fruitvliegjes bewogen gemiddeld hun teentjes 389 keer per minuut. De tenen van de voerloze kikkers bleven steken op 50 keer per minuut. 

De onderzoekers wilden ook weten of de directe beschikbaarheid van de fruitvliegjes effect had op de tapsnelheid. Daarom plaatsten ze fruitvliegjes in gesloten petrischaaltjes in het terrarium. De kikker kon zijn prooi wel zien, maar er niet bij. Hoewel ze hun best deden de vliegjes te vangen, bewogen ze hun tenen nog maar vijftig keer per minuut. 

Als laatste wilden de onderzoekers weten in hoeverre de ondergrond een effect had op de beweegsnelheid. Vier terraria kregen een verschillende ondergrond: aarde, bladeren, agaragar (een soort gelei), en glas. Op zowel de agaragar als de bladeren kunnen trillingen eenvoudig worden doorgegeven. Glas en de aarde vangen de trillingen juist op. Na een uurtje acclimatiseren kregen de kikkers weer fruitvliegjes. En wat bleek? Op de bladeren tapten ze gemiddeld 255 keer per minuut, 118 keer op agaragar, 98 keer op de aarde en 64 keer op glas. 

Conclusie

Op basis van deze experimenten trekken de onderzoekers meerdere conclusies. Dat het getap van de kikker gelinkt is aan de jacht, lijkt duidelijk. Ze trillen immers harder als er een fruitvlieg voor hun neus bungelt. Daarnaast is het belangrijk dat de kikker de mogelijkheid heeft om hem daadwerkelijk te vangen. Als hij er niet bij kan, beweegt hij minder snel met zijn teentjes. Als laatste lijkt de ondergrond van groot belang. Hoe beter een ondergrond trillingen kan doorgeven, hoe sneller de kikker zijn teen beweegt. Wellicht probeert de kikker zijn prooi te laten bewegen, aldus de onderzoekers.

Toch bleek een kikker niet succesvoller te zijn in jagen als hij sneller met zijn tenen bewoog. Hij sloeg wel vaker toe, maar hapte niet vaker raak. Maar – zo stellen de onderzoekers – dat kan ermee te maken hebben dat de experimenten in het lab plaatsvonden. Ook opvallend: als de partner van een kikker in de buurt was, trilde een kikker tijdens het jagen harder met zijn teen. Het lijkt erop dat het trillen naast een jacht- dus ook een sociale functie heeft.

Bron: Ethology

Beeld: Wikimedia Commons / Olaf Leillinger

Ben je geïnteresseerd in de wereld van wetenschap & technologie en wil je hier graag meer over lezen? Word dan lid van KIJK!