‘Staar naar meeuwen, dan jatten ze minder snel’

Laurien Onderwater

08 augustus 2019 15:59

Door de vogels aan te gapen, terwijl je patat eet, zouden ze minder snel geneigd zijn een frietje van je te kapen, beweren Britse onderzoekers.

Op het stationsplein van Leiden Centraal komt het geregeld voor: iemand heeft een portie kibbeling of friet gehaald, wil er net een hap van nemen als er plots een gevaarte uit de lucht toeslaat en het eten wegkaapt. Zonde van de maaltijd.

Natuurlijk hebben niet alleen Leidenaars hier last van, inwoners van kustplaatsen in het Britse graafschap Cornwall bijvoorbeeld ook. Onderzoekers van de Universiteit van Exeter hebben daarom onderzocht hoe ver de zeevogels durven gaan met hun gedrag. Wat blijkt? Meeuwen aanstaren verkleint de kans dat ze er met je eten vandoor gaan.

Lees ook:

Staredown

De onderzoekers wilden in eerste instantie het gedrag van 74 meeuwen onderzoeken. Maar sommige vlogen weg en een aantal deed überhaupt geen poging om het eten – dat het team als lokkertje had neergelegd – te gappen. Uiteindelijk bleven er 19 meeuwen over die deelnamen aan het onderzoek.

De opzet was als volgt: een onderzoeker legde een zak patat op de grond en ging er iets vandaan staan. Vervolgens keek de persoon of weg of staarde hij naar de naderende meeuw. Met een stopwatch werd bijgehouden hoelang het duurde voordat de brutale vlerk een jatpoging deed.

Opvallend was dat als de meeuwen werden aangestaard, het jatten gemiddeld 21 seconden langer duurde. Een paar vogels raakten zelfs de vette hap überhaupt niet aan. Volgens de wetenschappers is dat verschil toe te schrijven aan verschillende ervaringen van meeuwen met mensen, zowel positieve als negatieve.

Filmpje waarin de onderzoeker niet naar de meeuw kijkt:

Filmpje waarin de onderzoeker wel naar de meeuw kijkt:

Aan het woord

Hoe kijken andere deskundigen tegen de studie aan? Drie ornithologen aan het woord.

Kees Moeliker, directeur van het Natuurhistorisch Museum te Rotterdam:

“Ik vind het een leuk en nuttig onderzoek en de publicatie is goed getimed, want in de Britse media worden meeuwen onterecht gedemoniseerd. Ik heb de indruk dat meeuwen de truc van het staren ook benutten om mensen te beïnvloeden. Niet alle meeuwen gaan agressief te werk om voedsel te bemachtigen. Een zilvermeeuw die mij met zijn gele ogen indringend aankijkt terwijl ik een patatje eet, vind ik onweerstaanbaar en kan op een deel van mijn snack rekenen, met mayo. Die interactie tussen bedelende meeuwen en etende mensen zou ik wel eens goed willen onderzoeken.”

Martijn Hammers, onderzoeker aan de Rijksuniversiteit Groningen:

“Het onderzoek liet ook zien dat het merendeel van de meeuwen dat werd onderzocht niet in de buurt van de wetenschappers durfde te komen, ongeacht of de vogels werden aangestaard of niet. Dit kan erop wijzen dat hoe meeuwen op mensen reageren sterk kan verschillen tussen individuen. Mogelijke verklaringen hiervoor zijn dat sommige meeuwen meer ervaring hebben met het benaderen van mensen, of van nature minder bang aangelegd zijn.”

“De onderzoekers hebben alleen wel een betrekkelijk klein aantal meeuwen bestudeerd en het experiment slechts één keer uitgevoerd voor elke meeuw. Om het effect van individuele verschillen tussen meeuwen op de uitkomst van het experiment beter te onderzoeken zou het experiment meerdere keren herhaald kunnen worden.”

Jente Ottenburghs, onderzoeker aan de Universiteit van Uppsala

“Het resultaat verbaast me niet. Meeuwen hebben snel geleerd hoe ze eten kunnen stelen van onoplettende mensen. Dat ze ook geleerd hebben om eten te pikken wanneer er niemand kijkt, is dan niet zo verrassend. Leuk dat het nu experimenteel is aangetoond. Het zou overigens nog interessant zijn om dit experiment te herhalen bij ‘wilde’ meeuwen die niet veel in contact komen met mensen.”

“Daarnaast is het bekend dat vogels een persoonlijkheid hebben. Sommige individuen zijn avontuurlijk terwijl andere voorzichtig zijn en geen risico’s nemen. In een volgend experiment kunnen de onderzoekers eerst de persoonlijkheid van de meeuw vaststellen en vervolgens kijken hoe snel ze het voedsel benaderen. Mogelijk verklaart dit de variatie in hun resultaten.”

Het geinige onderzoek is gepubliceerd in Biology Letters.

Bronnen: Biology Letters, University of Exeter via EurekAlert!

Met dank aan: Kees Moeliker, Martijn Hammers en Jente Ottenburghs

Beeld: 123RF

Ben je geïnteresseerd in de wereld van wetenschap & technologie en wil je hier graag meer over lezen? Word dan lid van KIJK!