Ben je geïnteresseerd in de wereld van wetenschap & technologie en wil je hier graag meer over lezen? Word dan lid van KIJK!
Volgens de American Heart Association kunnen harten van donoren die drugs hebben gebruikt, of zelfs een overdosis hebben gehad, onbezorgd getransplanteerd worden.
De overlevingskansen na een harttransplantatie worden niet beïnvloed als de orgaandonor illegale drugs heeft gebruikt of aan een overdosis is overleden. Zo luidt de conclusie van twee onafhankelijke studies die vandaag in Journal of the American Heart Association en Circulation: Heart Failure zijn gepubliceerd. De harten van overleden drugsgebruikers kunnen dus gewoon worden getransplanteerd.
Lees ook:
In 2019 stonden er in Nederland 116 mensen op de wachtlijst voor een donorhart, in 2020 steeg dit aantal naar 133. Hartpatiënten moeten daardoor soms maanden wachten voor ze een transplantatieorgaan krijgen – en vaak hebben ze die tijd niet. Gelukkig werken wetenschappers hard aan het verkorten van de wachtlijst voor donorharten (en andere organen). Zo zijn er apparaten en medische technieken waarmee afgekeurde organen kunnen worden opgepept, zodat artsen ze alsnog kunnen transplanteren (meer daarover lees je in het artikel ‘Opgepepte organen’ in KIJK 11/2020).
Opiaten-epidemie
In de Verenigde Staten zou dit betekenen dat er opeens veel meer harten beschikbaar komen voor transplantatie; het aantal sterfgevallen door drugsgebruik is daar hoog. Volgens de Drug Enforcement Administration is er sinds 2015 zelfs sprake van een opiaten-epidemie. Zware pijnstillers (opiaten) zijn op recept verkrijgbaar, waardoor miljoenen Amerikanen ze voor de lol gebruiken, met als gevolg tienduizenden sterfgevallen aan een overdosis per jaar.
Artsen transplanteren de harten van deze overleden mensen meestal niet, omdat ze bang zijn dat het drugsgebruik van de donor de overlevingskansen van de orgaanontvanger verkleint. Maar daar moet verandering in komen, vindt de AHA.
Drugshart
De eerste studie vergeleek de overlevingskansen van ontvangers die een ‘drugshart’ kregen met mensen die een hart van een niet-drugsgebruiker ontvingen. Hiervoor raadpleegden de onderzoekers het United Network for Organ Sharing (UNOS) dat een register bijhoudt van alle orgaantransplantaties in de VS evenals informatie over donoren en ontvangers, waaronder pijnstiller- en drugsgebruik van de orgaandonoren.
Het team, dat gegevens van 2007 tot en met 2017 gebruikte, ontdekte geen verschil in overlevingskansen tussen ontvanger die een hart gekregen van overleden drugsgebruikers en mensen die een hart ontvingen van niet-gebruikers – zelfs niet bij hartdonoren die positief testten op meerdere drugs. Een beperking van het onderzoek is wel dat het alleen harten omvatte die goedgekeurd waren voor transplantatie; organen in slechte conditie worden überhaupt niet getransplanteerd.
‘Mooi bericht’
De tweede studie maakte eveneens gebruik van gegevens uit het UNOS-register. Ook deze onderzoekers concluderen dat harten van donoren die aan een overdosis of zelfs hepatitis C (leverontsteking) zijn overleden gewoon getransplanteerd kunnen worden; het zal de overlevingskansen van ontvangers niet verkleinen, maar de wachtlijst wel aanzienlijk verkorten.
“Voor de patiënten op de transplantatiewachtlijsten is het natuurlijk een mooi bericht”, zegt Ian Alwayn, transplantatiechirurg in het LUMC. “Wanneer een kwalitatief goed hart beschikbaar komt en getransplanteerd kan worden, is dat goed nieuws. We doen dit al langer met organen die van HIV- en HCV-besmette donoren afkomstig zijn.”
Toch is de achterliggende oorzaak zeer tragisch. “Vaak zijn de donoren in de VS die stierven aan een overdosis nog erg jong. Dat is natuurlijk heel verdrietig. Het gaat meestal om tieners zonder een lange geschiedenis van drugsgebruik met dus (nog) kwalitatief geschikte organen voor transplantatie.”
Bronnen: Journal of the American Heart Association, Circulation: Heart Failure, American Heart Association via EurekAlert!
Beeld: AHA