And I’d do anything for love. Gestreepte zandlopers gaan ver om te paren.
Het klinkt romantisch: de gestreepte zandloper vliegt kilometers om ‘de liefde te bedrijven’ met zijn meisje. Maar dat de vogel na de daad direct weer op zoek gaat naar een nieuwe bedpartner en weer een en weer een en weer een, is minder rooskleurig. Twee onderzoekers van het Max Planck-instituut besloten uit te zoeken hoe ver de dieren vliegen tijdens een paarseizoen. Het antwoord: heul ver.
Meer dan 10.000 kilometer
De vogels – die zelf slechts een lengte van 21 centimeter hebben en een gewicht van 100 gram – vlogen in een maand tijd gemiddeld 3021 kilometer om met zoveel mogelijk vrouwtjes te paren. Ze bezochten ongeveer 24 verschillende plekken. Maar er was een uitschieter: een van de mannetjes lustte er wel pap van en vloog 13.045 kilometer!
En dit gebeurde allemaal nadat de vogels al een hele reis achter de rug hadden. Ze migreerden voor het paarseizoen namelijk al van Zuid-Amerika, waar de gestreepte zandlopers overwinteren, naar hun broedgebied in Alaska.
Genetisch
De onderzoekers suggereren dat de dieren door deze lange reizen dan misschien wel fysiek ver van elkaar vandaan zijn, genetisch niet. Dat zit zo: soorten die in kleine groepjes bij elkaar blijven en nauwelijks met een ander groepslid paren, vormen op den duur ondersoorten die genetisch gezien steeds meer van elkaar gaan verschillen. Doordat de mannetjes op meerdere plaatsen paren, zal dit niet snel het geval zijn.
Bronnen: Nature, Popular Science, The Guardian
Beeld: Andreas Trepte/CC BY-SA 2.5