Navigeren en kaartlezen kun je beter aan de man overlaten, zo klinkt de borrelpraat. Maar is daar ook echt wetenschappelijke bewijs voor? Onze columnist Ronald Veldhuizen zocht het uit.
Een echte man weet de weg. Hij werpt één blik op de kaart en gaat dan compromisloos op zijn doel af. Als er dan toch een blokkade opduikt – ‘weg afgesloten wegens bloemencorso’ – hoor je de man snuiven. Hij denkt, fronst, en kijkt rond. De weg vragen, ho maar. Hij vindt ’m zelf wel. Net zoals vroeger op de savanne, toen hij met zijn kornuiten feilloos een leeuwenspoor kon volgen.
Lees ook:
‘Een tomtommetje is een beetje een wijvending’
Ziezo. Mannen zijn navigatiemeesters, klinkt de borrelpraat, en vrouwen kunnen maar beter thuisblijven of de man volgen. Google Maps, of ‘een tomtommetje’, zoals het vroeger heette, is ‘een beetje een wijvending’, aldus een AutoWeek-columnist over de eerste navigatiesystemen.
De psychologen Allan en Barbara Pease schreven er een bestseller over, genaamd Waarom mannen niet luisteren en vrouwen niet kunnen kaartlezen. Dat beeld was decennialang ook dominant in de wetenschap. Simpelweg komt dat door gemakzuchtig onderzoek: vraag een man om een proefje te doen met een doolhof en een kaart, en hij zal inderdaad beter scoren dan een vrouw.
Net als rekenen?
Maar psychologen vragen zich nu af of dat onderzoek niet een verkeerde afslag heeft genomen. Bij wiskundevaardigheden ging dat namelijk ook al mis. Meisjes zijn op jonge leeftijd even goed in rekenen als jongens, maar vertel ze dat ze slecht zijn, en ze besluiten vroeg of laat om de getallen maar aan de jongens over te laten. Volwassen vrouwen waren dan uiteindelijk slechter in rekenen, maar als ze hadden blijven oefenen, scoorden ze gelijk.
Videospel geeft uitslag
Dat kan met kaartlezen ook zo zijn, dacht Hugo Spiers van University College London opeens. Hij wist een duizelingwekkende half miljoen mensen zo ver te krijgen om een online navigatiespel te spelen, Sea Hero Quest, waarbij hij alle scores bijhield. Mannen en vrouwen presteren daarop inderdaad verschillend, maar dat verschil was alleen groot in landen waar vrouwen hun leven achter het aanrecht uitdienen – zoals in Hongarije en Iran. Het navigatieverschil is bijna volledig afwezig in Noorwegen en ook in Nederland.
Ineke van der Ham van de Universiteit Leiden deed ook zo’n onderzoek in Nederland en zag inderdaad hetzelfde. Maar ze vond wel iets geks: mannen overschatten hun kaartleeskunsten stelselmatig, vrouwen onderschatten zichzelf juist. Zo sterk kan een vooroordeel dus inslijten: dat je de inhaalslag al hebt gemaakt, maar dat niemand het heeft opgemerkt.
Ronald Veldhuizen is wetenschapsjournalist en schrijft onder meer voor de Volkskrant. Daarnaast is hij hoofdredacteur van Skepter. In deze column prikt hij elke maand een mythe door.
Deze column staat ook in KIJK 6-7/2024.
Openingsbeeld: Robin Skjoldborg/Getty Images