Astronauten functioneren iets langzamer in de ruimte

Roeliene Bos

22 november 2024 12:00

In de ruimte gaat alles net een tikje anders. Het cognitief vermogen van astronauten lijkt op grote hoogte zelfs te worden aangetast. 

Voordat een astronaut de ruimte in wordt geschoten, wordt hij of zij uitgebreid getraind. Zo is er de Kraken, een apparaat dat je veelvuldig heen en weer slingert om je te desoriënteren. Die oefening moet je voorbereiden op de lancering en terugkeer naar de aarde.

Maar ondanks zulke extreme trainingen lijken astronauten in de ruimte niet tegen alle uitdagingen opgewassen. Uit een nieuwe studie onder 25 ruimtevaarders blijkt dat hun cognitieve vermogens in de ruimte iets lager liggen dan op aarde. Het onderzoek werd uitgevoerd door het NASA Behavioral Health and Performance Laboratory en gepubliceerd in Frontiers in Physiology

Lees ook:

De testjes

Astronauten krijgen met een hoop extreme situaties te maken. Denk alleen al aan de grote hoeveelheid straling in de ruimte, maar ook de veranderingen in zwaartekracht en de druk van de lancering. Onderzoekers wilden weten welke invloed die situaties hebben op het functioneren van de astronauten. 

Daarom moesten ze op vijf verschillende momenten cognitieve testjes doen. Deze deden ze voor de vlucht, aan het begin en eind van de vlucht, en 10 en 30 dagen na de vlucht. Zo moesten ze de vorm van driedimensionale figuren onthouden en deze later uit een reeks eruit pikken. Andere testjes bestonden onder meer uit het herkennen van emoties op gezichten en eentje die meet hoeveel risico ze durven te nemen. Daarvoor moesten ze een ballon opblazen waarvan ze niet wisten wanneer hij zou knappen.

De resultaten

Uit de tests bleek dat de verwerkingssnelheid, het werkgeheugen en het vermogen om te focussen van astronauten minder goed functioneerden op grote hoogte dan op aarde. Maar dat ze langzamer waren, betekent niet dat ze ook meer fouten maakten. Ze voerden de testjes op alle momenten even accuraat uit. 

Ook namen niet alle cognitieve vermogens op ieder moment evenveel af. Zo nam het vermogen om te kunnen focussen vooral af aan het begin van de missie, terwijl de neiging om risico’s te nemen juist een stuk lager lag aan het einde van de missie en na de landing. Ook de verwerkingssnelheid van de astronauten keerde na de landing weer terug naar hun normale niveau.  

Verminderd vermogen is niet blijvend

Al met al hoeven de astronauten zich geen zorgen te maken, menen de onderzoekers. De gevolgen van een ruimtevlucht voor je cognitieve vermogen lijkt namelijk maar tijdelijk te zijn. De onderzoekers zien geen bewijs dat een verblijf van 6 maanden in het International Space Station (ISS) je systematisch langzamer zou maken.

Wat de onderzoekers wel benadrukken, is dat ze niet exact weten waarom de veranderingen optraden. Ze zagen in hun analyses in ieder geval niet een duidelijke link tussen eventueel slaapgebrek en de cognitieve vermogens van astronauten.

Wat ze niet uitsluiten is dat radio-actieve straling een rol speelt. Voor dit onderzoek bleven de astronauten in een lage baan om de aarde, waar de hoeveelheid straling lager ligt dan bij Mars of de maan. Om de invloed van radio-actieve straling op het cognitief vermogen te meten, zouden dezelfde soort testjes dieper in de ruimte nogmaals moeten worden uitgevoerd. Dan kunnen de datasets met elkaar worden vergeleken.

Bron: Frontiers in Physiology

Beeld: Pixabay

Ben je geïnteresseerd in de wereld van wetenschap & technologie en wil je hier graag meer over lezen? Word dan lid van KIJK!