Ben je geïnteresseerd in de wereld van wetenschap & technologie en wil je hier graag meer over lezen? Word dan lid van KIJK!
Volgens wetenschappers is het overgrote deel van alle rondvliegende troep niet in kaart gebracht.
Vorige week moest het ISS opnieuw uitwijken omdat het in botsing dreigde te komen met een stuk ruimtepuin. En dat zal ongetwijfeld nog wel vaker gebeuren, want rond de aarde schieten duizenden kleine en grote stukken afval met enorm hoge snelheid. In een lage baan worden veel van die brokstukken vertraagd doordat ze in botsing komen met luchtdeeltjes die aan de aardse atmosfeer zijn ontsnapt. Uiteindelijk verbranden ze dan als ze door de atmosfeer terug naar aarde vallen.
Maar brokstukken in een hogere baan blijven daar tot het einde der tijden rondhangen en kunnen belangrijke (aardobservatie)satellieten beschadigen. Uit nieuw onderzoek van de Britse Universiteit van Warwick en het Defence Science and Technology Laboratory blijkt dat we helemaal niet weten wat daar in de hogere banen rond onze planeet allemaal rondhangt.
Lees ook:
ASAT
De brokken ruimtepuin zijn het gevolg van botsingen tussen satellieten of proeven met antisatelliet-raketsystemen (ASAT), zoals een Chinese proef uit 2007 waarbij het een eigen afgedankte satelliet in duizenden stukken uiteen liet knallen.
US Strategic Command volgt een heleboel brokstukken continu en hun Space Surveillance Network-database wordt voortdurend bijgewerkt als een satelliet of een observatorium weer een nieuw stukje puin detecteert. `
Het probleem is dat 95 procent van de brokstukken kleiner dan een meter zijn en doordat ze nauwelijks licht richting de aarde reflecteren, zijn ze ook zo goed als onzichtbaar. De database is dus verre van compleet.
75 procent
Het nieuwe onderzoek richtte zich op puin op 36.000 km boven de aarde, waar veel satellieten op een vaste positie boven het aardoppervlak hangen. Het onderzoeksteam gebruikte de 2,54 meter grote Isaac Newton-telescoop op het eiland La Palma om de moeilijk detecteerbare brokstukken toch in beeld te brengen en met behulp van gespecialiseerde software (foto hieronder) te identificeren en te karakteriseren.
Uit de studie bleek dat 75 procent van al het puin dat de onderzoekers in beeld wisten te brengen niet voorkomt in de database van de objecten die door het US Strategic Command worden gevolgd.
Meer ruimtepuin
Onderzoeker James Blake van de Universiteit van Warwick zegt dan ook: “Het is belangrijk dat we het geosynchrone gebied zoveel mogelijk met grote telescopen blijven observeren, om een completer beeld te krijgen van wat er aan moeilijk detecteerbaar puin rondvliegt.” Blake zegt dat in de wetenschap dat steeds meer landen aan ruimtevaart gaan doen waardoor de hoeveelheid gevaarlijk afval alleen maar toe gaat nemen.
Bronnen: Universiteit van Warwick, New Atlas
Beeld: Universiteit van Miami