Ben je geïnteresseerd in de wereld van wetenschap & technologie en wil je hier graag meer over lezen? Word dan lid van KIJK!
Na jaren vertraging is het eindelijk zover: de eerste bemande testvlucht van Boeings Starliner-ruimteschip.
Update: door technische fouten met de zuurstofkleppen van de Atlas V-raket, is de lancering uitgesteld tot ten minste vrijdag.
Als alles volgens plan verloopt, vliegen twee NASA-astronauten vannacht met een ‘nieuw’ ruimteschip naar het internationale ruimtestation (ISS). Deze missie stond eigenlijk al voor 2018 op de planning, maar is jarenlang uitgesteld vanwege technische problemen.
Aan boord van de door Boeing ontwikkelde Starliner, ook wel CST-100, zijn de Amerikaanse astronauten Barry Wilmore (61) en Sunita Williams (58). De lancering vanaf ruimtebasis Cape Canaveral in Florida staat gepland voor 04.34 uur Nederlandse tijd, in de nacht van maandag op dinsdag. De astronauten zullen vervolgens tien dagen in het ISS verblijven voordat ze terugkeren naar de aarde en een parachutelanding maken in het zuidwesten van de Verenigde Staten.
Lees ook:
Oneerlijke strijd
De NASA wil zelf geen ruimteschepen meer die astronauten en vracht van en naar het ISS vervoeren, en besteedt dat liever uit aan de commerciële sector. In 2014 gaf de ruimtevaartorganisatie daarom ontwikkelingssubsidies aan Boeing en SpaceX.
Dat leek toen een beetje een oneerlijke strijd. Boeing was een van de grootste lucht- en ruimtevaartbedrijven en had al meerdere raketten en ruimteschepen gebouwd. SpaceX was daarentegen nog een nieuwkomer. Toch organiseerde SpaceX in 2020 al de eerste bemenste vluchten naar het ISS, terwijl Boeings Starliner nog werd geplaagd door een reeks technische storingen.
Veel vertragingen
De eerste onbemande testvlucht van de Starliner stond gepland voor 2015, maar werd door ontwikkelingsproblemen uitgesteld tot 2019. Toen het eindelijk zover was, zorgden softwarefouten voor een storing in de interne klok, waardoor de motor te lang bleef branden. Het ruimteschip vloog het ISS voorbij.
Boeing moest een tweede poging in 2021 opnieuw uitstellen. Vlak voor de lancering ontdekte het bedrijf dat de kleppen bij de brandstoftanks niet werkten en moest de missie afblazen. In 2022 lukte het wel. De Starliner kwam aan bij het ISS en keerde ook veilig terug naar de aarde.
Die test onthulde wel technische mankementen met de stuwraketten en koelsystemen. Later bleek ook dat er problemen waren met de parachutes, die het vaartuig bij terugkomst moeten afremmen. Dat leidde weer tot vertragingen
Boeing en de NASA zijn er nu van overtuigd dat alle problemen zijn verholpen en dat de Starliner klaar is voor een bemande testvlucht.
Dat zal voor alle betrokken partijen een zenuwslopend moment zijn, maar voor Boeing is het extra spannend. De ruimtevaartafdeling van het bedrijf ligt namelijk onder vuur na de Starliner-problemen. Maar ook de luchtvaartafdeling staat onder druk na een reeks ongelukken. Boeing kan dus wel een succes gebruiken.
Starliner is herbruikbaar
Als er geen nieuwe problemen opduiken en het weer gunstig blijft, zal een Atlas V-draagraket de Starliner vannacht de ruimte in brengen. Vervolgens koppelt het ruimteschip los en reist door naar het ISS, dat het na ongeveer 26 uur zal bereiken.
De Starliner is 5 meter hoog en 4,6 meter breed. Er is ruimte voor zeven astronauten, hoewel het waarschijnlijk niet vaak zal voorkomen dat er meer dan vier reizigers in zitten. Het grootste deel van het ruimteschip is herbruikbaar en kan naar verwachting tien vluchten maken.
Zodra de Starliner volledig operationeel is, hoopt de NASA af te kunnen wisselen tussen de SpaceX- en Boeing-ruimteschepen. Hoewel het ISS in 2030 met pensioen gaat, zouden beide toestellen ook gebruikt kunnen worden voor het vervoer naar toekomstige (commerciële) ruimtestations.