Hoofdredacteur Inge Fraters over het begrip ’tinkeren’ en onze gloednieuwe makersrubriek. 

Tinkeren noemt ‘MacGyver-wetenschapper’ Rolf Hut het. Vrij vertaald: slim knutselen. Kijken of je iets kunt oplossen via onconventionele wegen of met onconventionele middelen. Of dat nu inventief gebruik is van een spreadsheetprogramma of een creatieve sluiproute om die ene cruciale persoon voor je project binnen te hengelen. Of, zoals Hut met zoveel verve demonstreerde tijdens ons laatste KIJK Live!-event van 2015: van onderdelen uit apparaat A, B en C een heel nieuw machientje D maken.

Met IKEA-strijkplanken je eigen opklap-sta-bureau creëren bijvoorbeeld. Of met warmtesensors in lieslaarzen een meetinstrument maken waarmee je kunt bepalen of ergens (koud) grondwater een waterloop in stroomt.

Ik word erg vrolijk van dat soort eigenwijze oplossingsgerichtheid. Rolf doet me denken aan Ron, de man die onze Citroen 2CV onderhoudt – een auto die ik sowieso kan aanraden als je vrolijk wilt worden. 2CV’s wegen niet zoveel (560 kilo) en Ron heeft niet zoveel ruimte. Dus gebruikt hij voor reparaties aan de onderkant van de auto doodleuk zijn uit de kluiten gewassen vorkheftruck als brug. Werkt prima! Net als het spotgoedkope, prachtig witte tochtstripje van de GAMMA dat hij verkoopt voor tussen de befaamde klapraampjes van een 2CV. Of de kromme, dikke spijker die hij gebruikt in plaats van een officiële tijdpen om het vliegwiel van de motor vast te zetten als hij de ontsteking af moet stellen.

Vanaf deze maand hebben we in KIJK onze eigen ’tinkerhoek’, oftewel makerspace. Omdat er veel meer mensen zijn zoals Rolf en Ron, en omdat het zo gaaf is om te lezen hoe zij hun projecten aanpakken. We trappen af met Wouter Groenewolds zelfgemaakte koelkastbiertap. Een wát?! Nou gewoon, een biertap op een koelkast met een fust erin. Zodat je geen ingewikkelde waterkoeling meer nodig hebt voor een lekker koud, verst getapt pilsje. Briljant!

P.S.: Rolf Hut in actie zien? Hier vind je het filmpje van KIJK Live!

Deze column vind je ook terug in KIJK 1/2016.

Beeld: Erik de Klein