Over tien jaar kan het al zover zijn: zwermen drones die dagelijks boven ons hoofd rondvliegen. Ze leveren pakketjes af, doen bewakingswerk of dienen gewoon als speelgoed. Er zal nog heel wat moeten gebeuren om dat veilig en zonder overlast te laten verlopen.
Er is niemand die er nog aan twijfelt: drones hebben de toekomst. Militair gezien dragen ze al hun steentje bij, als verkenners of bommenwerpers. Maar daarnaast besproeien onbemande landbouwvliegtuigjes heel gericht gewassen. En steeds vaker geven drones hulpverleners na een ramp of een aanslag snel overzicht van de situtatie. Bovendien, zo luidt de verwachting, snorren er over een tijdje drones rond die pakketjes bij de voordeur afleveren, of hangt er achter iedere wandelaar een personal drone die het doen en laten van zijn baasje vastlegt.
Drukke boel
Het wordt de komende decennia dus steeds drukker in de lucht. Boven de grote steden schieten over tien of twintig jaar dagelijks honderden of misschien wel duizenden onbemande vliegtuigjes door de lucht. Handig en technisch fraai, maar mogelijk een beproeving voor de mensen op de grond. Want worden we er wel zo gelukkig van als we de hele dag omringd zijn door die mechanische vogels?
De veiligheid is een andere kant van de zaak. Of beter gezegd: hoe gaan we dat vliegende spul straks zonder dat er ongelukken gebeuren door het toch al volle luchtruim loodsen? Gelukkig wordt er door diverse mensen diep nagedacht over oplossingen voort dit soort problemen.
Dit is het begin van het artikel ‘Zegen van boven of de hel op aarde’ te vinden in KIJK 9/2017. Deze editie ligt in de winkel vanaf 24 augustus tot en met 20 september.
Meer informatie:
Ben je geïnteresseerd in de wereld van wetenschap & technologie en wil je hier graag meer over lezen? Bestel dan hier ons nieuwste nummer (geen verzendkosten). Abonnee worden? Dat kan hier!