Alternatieven voor het doden van pasgeboren haantjes

KIJK-redactie

09 augustus 2014 16:00

Elk jaar worden in Nederland miljoenen pasgeboren haantjes gedood omdat ze geen economisch nut hebben. In principe zijn er methoden om een einde aan deze belachelijke situatie te maken, maar er gebeurt niets. KIJK onderzocht wat de ultieme kip-ik-heb-je-oplossing in de weg staat.

Ze zijn geboren om te sterven. En liefst zo snel mogelijk. Eendagshaantjes: in Nederland worden er jaarlijks ongeveer 40 miljoen gedood, in de Europese Unie zo’n 300 miljoen. Deze kuikens leveren niets op – en moeten dus weg. Dierenbeschermers worden daar boos om. Ze vinden het verkeerd om beesten ter wereld te brengen en meteen daarna te slachten. Daarom wordt er al jaren gezocht naar oplossingen, maar die blijken stuk voor stuk moeilijker dan gedacht. Met andere woorden: waar blijft het ei van Columbus?

‘Humaan’ hakselen

De kwestie is dat er twee soorten kakelaars bestaan: legkippen en vleeskippen. De eerste zijn ranker en produceren veel eieren, de tweede zijn gespierder en hebben dus veel vlees. Beide kun je specialisten noemen: legkippen leveren slechte bouten op, vleeskippen produceren belabberde omeletten. Maar bij het uitbroeden van nieuwe legkippen komt uit de helft van de eieren een mannetje gekropen – en daar hebben boeren niets aan. Die beesten leggen immers geen eieren én leveren geen goed vlees op. Daarom worden ze gedood.

In Nederland gebeurt dat doden meestal met koolzuurgas. Een lopende band brengt de pasgeboren kuikens naar een ruimte met een hoge CO2-concentratie, die ze eerst bewusteloos maakt en daarna om het leven brengt. Een andere optie is de zogenoemde hakselaar, die de beesten simpelweg versnippert. Hoewel dat laatste luguber klinkt en ook is, zou het volgens sommige mensen toch net een iets diervriendelijkere methode kunnen zijn: het vergassen met koolstofdioxide duurt doorgaans enkele minuten, terwijl het hele karwei met de hakselmachine al binnen enkele tienden van een seconde is ‘gepiept’.

De reden dat de haantjes toch worden bedwelmd, is economisch: hanenconfetti is niet te verkopen, hele hanen wel. En nee, de ongelukkige eendagsbeestjes komen niet in je kroket of frikandel terecht. Ze worden nagenoeg allemaal verpatst als diepgevroren voederdieren voor bijvoorbeeld dierentuinen. Valken, buizerds, uilen en kraanvogels smullen van het vlees dat jij niet op je bordje wil. Ooievaars eten zelfs bijna niets anders. Gelukkig maar, want alleen in Holland gaat het al over 1680 ton haan per jaar.

Dit is het begin van een artikel te vinden in KIJK 10/2014. Dit nummer ligt in de winkel van 21 augustus tot en met 17 september.

Meer informatie:

Tekst: Rik Peters

Beeld: Getty Images