‘Betekenis emotiewoorden verschilt per taal’

Karlijn Klei

23 december 2019 16:00

emotiewoorden

De werkelijke betekenis van woorden die emoties zoals liefde, angst of woede uitdrukken, kan tussen talen erg verschillen, zo schrijven onderzoekers.

Het Somalische woord voor ‘angst’ is cabsi, de Engelsen zeggen fear en de IJslanders gebruiken ótti. Maar ondanks deze ogenschijnlijk één-op-één-vertalingen in woordenboeken, drukken deze woorden niet per se allemaal exact hetzelfde gevoel uit.

Dat schrijft een internationaal team onderzoekers onlangs in vakblad Science. Door de meest genuanceerde betekenis van emotiewoorden, zoals angst, maar ook liefde, woede en verassing, voor meer dan een derde van de wereldwijd gesproken talen in kaart te brengen, zagen de onderzoekers dat de werkelijke strekking ervan per taal sterk kan verschillen.

Lees ook:

Nuance

‘Gezelligheid’ is een woord dat vrijwel elk Nederlands sprekende paraat heeft. Maar hoewel het voor ons heel gewoon is, is er in het Engels geen directe vertaling voor. Het Portugese woord saudade is daarin vergelijkbaar. Het omschrijft een diep, melancholisch gevoel veroorzaakt door het verlangen naar een afwezig iets of iemand. Maar hoe noemen we dat in het Nederlands?

Anders gezegd: bij het uitdrukken van emoties in woorden is er ruimte voor nuance. En, zo schrijven de auteurs van het onderzoek, zelfs bij emoties waar we ogenschijnlijk wél in elke taal een woord voor hebben, kan de werkelijke betekenis per taal of cultuur verschillen.

Woordenmap

Dat maakten de onderzoekers op aan de hand van analysen van emotiewoorden uit 2474 talen, verdeeld over 20 taalfamilies. Hiervan maakte het team een uitgebreid netwerk van betekenissen. Deze vergelijkbare betekenissen, waar de onderzoekers het Engelse colextification voor gebruiken, zijn te vergelijken met homoniemen waarbij één woord twee verschillende betekenissen heeft.

Bij colexifications acht, in dit geval de spreker van een specifieke taal, twee concepten als vergelijkbaar. Een voorbeeld is het Russische woord ruka dat zowel gebruikt wordt om de hand als de arm te beschrijven. Voor de ‘woordenmap’ deden de onderzoekers hetzelfde voor emotiewoorden. Zo ontstond een overzicht van welke emoties per taal of taalfamilie als lijkend of als heel anders worden ervaren.

De emotiewoordenmap van drie talenfamilies. Woorden die sprekers sterker met elkaar associëren, staan dichter bij elkaar en zijn door een dikkere lijn met elkaar verbonden. © Jackson et al., 2019/Science

Bijgedachte

Uit die ‘woordenkaart’ bleek dat emoties in verschillende talen anders beschreven worden. Zo bleek de emotie ‘verrassing’ in de Austronesische talenfamilie, verspreid over de eilanden van Zuidoost-Azië en in de Grote Oceaan en een aantal talen op continentaal Azië, sterk geassocieerd te worden met ‘angst’. In de Tai-Kadaitalenfamilie, verspreid over Zuidoost-Azië en Zuid-China, daarentegen, ligt de betekenis dichter bij dat van ‘hoop’ en ‘verlangen’.

Uit de analysen bleek dat een deel van deze variatie te wijden is aan de geografische oorsprong van de taalfamilies. Families met vergelijkbare woordnetwerken lagen geografisch ook dichter bij elkaar. Dat suggereert dat de variatie omtrent emoties, emotiewoorden en associaties niet willekeurig is, maar verbonden aan patronen van handel, migratie, conflict en een gemeenschappelijke afkomst van taalfamilies.

De globale verspreiding van talen waarbij ‘verrassing’ en ‘angst’ als zeer vergelijkbaar wordt beschouwd. © Jackson et al., 2019/Science

Cultuur-gevoelig

“Het is interessant dat de auteurs zo’n grote variëteit in emotie-termen tussen verschillende talen hebben gevonden”, mailt cognitief psycholoog Mariska Kret (Universiteit Leiden). “Toch verbaast het me niet. Vaak wordt de aanname gemaakt dat een verbale uiting van emotie gelijk staat aan hoe emotie geïnterpreteerd wordt – aan ‘gevoel’. Echter is die uiting vaak bedoeld voor een ander, om die persoon iets duidelijk te maken.” De manier waarop communicatie verloopt is cultuur-gevoelig, legt de psycholoog verder uit. Al gebruikt men een ander woord, dan nog kan het onderliggende gevoel hetzelfde zijn.

“Ook non-verbale uitingen van emotie zijn vaak geen directe afspiegeling van emoties maar gaan door een cultureel filter dat ons zegt wanneer en in welke mate we een emotie kunnen uiten zodat het past binnen de sociale normen.”

Als het aan Kret ligt, krijgt de studie dan ook nog wel een vervolg. “Het zou interessant zijn om van de mensen meewerkten ook fysiologische reacties, hersenactivatie en non-verbale uitingen van emotie te vergelijken. Door een combinatie van verschillende methoden krijgen we zo inzicht in de laag waarin mensen die verschillende talen spreken van elkaar verschillen: het gevoel, de emotie, of de uiting.”

Taal overschat?

“Ik denk dat de rol van taal overschat wordt als het gaat om emoties”, vervolgt Kret. “Emoties zijn al zoveel ouder dan taal. Kijk maar eens naar mensapen. Zij uiten emoties op zeer overeenkomende wijze als mensen en ons onderzoek laat zien dat ook de onzichtbare onderliggende mechanismen veelal hetzelfde zijn.”

De mens deelt een gemeenschappelijke voorouder met bonobo’s en chimpansees die ongeveer zes miljoen jaar geleden leefde. Net zo min als bonobo’s en chimpansees, dacht of sprak deze voorouder in woorden. “Maar omdat we zoveel overeenkomsten vinden in de uitingen van emotie en ook in de manier waarop we uitingen van emotie in anderen herkennen, is het aannemelijk dat ook deze taal-loze voorouder een emotioneel wezen was”, besluit de psycholoog.

Bronnen: Science (paper), Science Perspectives, EurekAlert!1, 2, 3

Beeld: Jackson et al., 2019/Science